Skip to main content.

De verfransing van Brussel en omstreken

Ik heb hier voor mij een uitgave van het Algemeen Vlaams Oud-Hoogstudenten Verbond uit 1957, met als titel "Honderd vijfentwintig jaar verfransing inde agglomeratie en het arrondissement Brussel (1830-1955), van de hand van een zekere H. Aelvoet, Lic. Fil. (mij verder onbekend).

Leuke dingen staan er in dat boekje! We gaan er in vogelvlucht door. "Het is algemeen bekend dat er ook voor 1830 te Brussel regeringen aan het werk waren die bewust of onbewust een verfransingspolitiek huldigden. Dat was onder meer het geval gedurende de Bourgondische periode (1384-1482) en vooral gedurende de Franse bezetting (1794-1814).
(...)
"Uit enkele feiten moge blijken hoe de bevolking tot op de vooravond van 1830 overwegend Vlaams was gebleven :"

1611: Een Brussels Jezuiet, P. Thomas de Sailly, vertaalde uit het Frans in het Nederland een godsdienstig-polemisch werk van P. G. Baile, dat te Antwerpen verscheen in 1611. De vertaling wordt vooraf gegaan door een voorwoord van de schrijver die stelt dat de vertaling er gekomen is omdat "het meeste deel van onze gemeynte gheene andere dan haar moederlycke sprake en verstaet". Uit hetzelfde voorwoord blijkt dat er toen te Brussel "latynsche en duytsche" scholen bestonden, van Franse scholen is er geen sprake.

1739 : Voltaire, die in dat jaar in Brussel verbleef, schreef "Le diable qui dispose de ma vie, m'envoie à Bruxelles et songez, s'il vous plaît, qu'il n'y a à Bruxelles que des Flamands".

1788 : De codex Brabanticus van J.B.C. Verlooy verschijnt. In dit werk schat deze advocaat dat "maar een achttiende of twintigste deel van Brussel voor Frans te rekenen is" (5 à 5,5 % van de toen ongeveer 74.000 inwoners)

Tot in 1792 moesten de ambtenaren in Brussel het Nederland kennen en gebruiken.

Tot in 1793 was het Nederlands de taal van het gerecht.

1794 : Franse bezetting

1806 : Een onderzoek betreffende de in het Franse Keizerrijk gesproken talen, door Ch. Coquebert de Montbret : "In Brussel wordt meer Frans gesproken in de Hoogstraat en omgeving, in de bovenstad en op de marktpleinen; het Vlaams overheerst in de richting van de vaart, van de Schaarbeekse Poort, van de Leuvense Poort.

1846 (Eerste talentelling) : in Brussel-Stad spreekt 38,37 % Frans en 60,28 % Nederlands. In het gebied van de huidige 19 gemeenten is 32,03 % Franstalig en 66,65 % Nederlandstalig. De bevolking van Linkebeek is 100 % Nederlandstalig.

1947 (Talentelling) : in Brussel-Stad spreekt 71,94 % Frans en 24,31 % Nederlands. In het gebied van de huidige huidige 19 gemeenten is 70,61 % Franstalig en 24,24 % Nederlandstalig. De bevolking van Linkebeek is 56,23 % Nederlandstalig.


Bij het bekijken van de cijfers van de officiële talentellingen is het duidelijk dat in 1830 geen enkele gemeente van de huidige Brusselse agglomeratie 50 % Franssprekenden telt. Ten gevolge van de verfransingspolitiek van de Belgische Staat gingen achtereenvolgens de volgende gemeenten (van het huidig Brussels Hoofdstedelijk Gewest) van het Nederlands naar het Frans taalgebied over:

in 1846 : Sint-Joost-ten-Node
in 1866 : Elsene
in 1880 : Sint-Gillis
in 1900 : Brussel, Etterbeek, Schaarbeek
in 1910 : Vorst
in 1920 : Ukkel, Watermaal-Bosvoorde
in 1921 : Haren, Laken, Neder-Over-Heembeek
in 1930 : Oudergem, Sint-Lambrechts-Woluwe, Sint-Pieters-Woluwe
in 1947 : Anderlecht, Evere, Ganshoren, Jette, Koekelberg, Sint-Agatha-Berchem, Sint-Jans-Molenbeek

(wordt vervolgd) ^ TOP

16-05-05 - 19:39:00 - - item printen - item mailen

Share/Save/Bookmark -

Comments

reactie van Lib Aria:

Je spreekt over Brussel en de rand rond Brussel, over verfransing.

Nadat ik je tekst las, dacht ik; hoe komt dat toch dat het zover gekomen is dat wat ooit eens een meerderheid was in Brussel, nu een minderheid is (cijfermatig).

Toen keek ik om me heen, hier, niet in Brussel dus.

Als ik het geluk mag hebben nog enkele jaartjes te leven, zal ik hier in Limburg ook "het Vlaams" moeten verleren wil ik me nog verstaanbaar maken bij zij die zelfs geen frans spreken maar wel zo'n taaltje dat Koranchinees ben gaan noemen omdat ik er geen letter van begrijp.

reactie van Noord-Brabander:

Ik ben een Nederlander. Over het algemeen hebben Nederlanders (gelukkig een minderheid!) een afkeer van Vlamingen. "Domme Belgen" noemen sommige van ons ze ... gelul! Wanneer men hier in Noord-Brabant spreekt over de verfransing van Kraainem en Brussel ontvlamt ons hart. Patroitisme voor de Nederlands/Vlaamse taal drijft ons. Waarom zouden we accepteren dat een Vlaamse gemeente als Kraainem door Franse imperialisten tot 85% toe verfranst word? En onze Vlaamse taalgenoten in de Waalse gemeenten als Edingen en Moeskroen? We moeten ons net zo hard inzette voor het terugdringen van het Frans rond Brussel als voor het in leven houden van Vlaanderen in deze Waalse gemeenten (waar men een politiek van verfransing voert die grenst aan onderdrukking van Vlaams).

reactie van ik:

Het zou nogal simplistisch zijn om op franstalig imperialisme te zien als de reden van de huidige verfransing. In de 19e eeuw, en het begin van de 20e eeuw was dit wel zo. Maar al lange tijd komt dit door een heleboel andere elementen.
1) Alle steden groeien (van binnenuit) en die binnenkant is toevallig frans. Franstaligen die nu in de rand komen wonen willen gewoon uit de stad en wat meer in het groen. Dat heeft niks met "bezetting van vlaamse gronden" te maken.
2)Frans is lang een wereldtaal geweest. Niet dat dat een reden is om nederlandstaligen te onderdrukken maar je begrijpt hierdoor ook waarom nederlandstaligen frans leerde. Zonder frans had je geen deftige job.
3) Vanaf de jaren 50 was er een enorme migratie vanuit congo, noord afrika en andere delen uit de wereld.
Deze spraken in hun thuisland soms al frans (als eerste of 2e taal). Deze komen toe in een overwegend franstalige stad. Waarom zouden ze nog een 3e taal bijleren die niemand in hun omgeving spreekt?

Dit bericht is gesloten. Hierdoor zijn reacties of stemmen niet langer mogelijk.